Het dorp, deel 15
15. Het park wordt aangepakt
Ik heb eerder aangegeven dat het parkje voor mijn deur weinig onderhouden wordt, maar zowaar er is al enige tijd activiteit. Namelijk het wandelpad wordt weer in de oorspronkelijke vorm gebracht. Op zich meer dan prima, maar ja … als datzelfde kattengrit er weer in gaat, worden hier uiteindelijk alleen de katten blij van.
Je kan blijven zeuren of je denkt constructief mee. Dat laatste idee had ik heel even tijdens de bespreking met de gemeente over het parkje. Maar dat kattengrit is al aangegeven en ook het gegeven dat er geen jeu de boules-wensen zijn en het veldje dus niet opnieuw aangelegd hoeft te worden. Wellicht kan die plek gebruikt worden voor wat speelactiviteiten voor kinderen. Toch lijkt het daar nu niet op en dat vind ik jammer.
Ik heb bij het zien van de huidige gemeentelijke activiteiten het idee dat die bespreking echt voor niets geweest is en ook dat ervaar ik als jammer. Meedenken, mensen betrekken en gezamenlijk komen tot een mooi geheel, desgewenst voor de gemeente ook ten aanzien van mogelijke toeristen, is mijns inziens toch echt de beste weg. Volgens mij bevordert dat ook de bereidwilligheid om iets te doen als bewoners.
Een van de buufjes stond laatst voor haar deur en zei ietwat gelaten: “Ze doen toch wat ze willen, laat maar gaan.” Ze haalde haar schouders op en ging verder met haar dagelijkse rondje met de hond. Als dat de tendens is hoe men tegen de gemeentelijke overheid aankijkt, dan is dat een gemiste kans voor de gemeente. Met weinig extra middelen kan je het woonplezier zoveel verhogen én de eerder genoemde bereidwilligheid van de bewoners. Bij mij borrelt de vraag dan omhoog of men bij de gemeente wel dicht genoeg bij de bewoners staat. Mijn twijfel is groot, maar hé … we hebben wel blije katten in het dorp!
Wordt vervolgd …