Het dorp
1. Intro
Ik woon sinds enkele maanden in een dorp in het noorden van het land. Ooit een dorp met veel reuring en nu een redelijk ingedut dorp dankzij de Europese eenheid, maar dat leg ik later wel uit. Ik observeer graag en dat doe ik dus ook in mijn eigen dorp en dan blijkt dat er, ondanks het indutten van het dorp, toch heel kleurrijke figuren rondlopen. Ik ga er regelmatig over schrijven, maar voordat ik een ander min of meer de maat neem, moet ik mezelf dus ook kritisch bekijken.
Ik ben een begin zestiger, met geen noemenswaardige fysieke klachten behalve na een lange zit een beetje stram. Ik sport iedere morgen, wandel met de honden en hoewel ik veel sport, ben ik nog steeds te zwaar. Ik kan het alleen nu redelijk onder controle houden. Ik eet gezond, maar mijn guilty pleasure is een lekker glas wijn, bij voorkeur rood en zwaar. Verder heb ik mijn ijdelheid laten varen toen de kapster zei dat ze steeds meer verf van mijn oorspronkelijke donkere kleur nodig had om het grijs weg te werken. En als ik iets lelijk vind is dat grijze uitgroei, dus dan maar de schaar er in (mijn haar was erg lang) en de boblijn ontkleuren. Mijn haar werd van donker bruin, een beetje paars, toen meer oranje, roze en uiteindelijk een vage blonde kleur die voor grijs door moest gaan. Enfin … dat is verleden tijd, ik heb nu een grijze coupe en moet me dus ook anders opmaken om niet de eeuwige bleekscheet te zijn.
Ik heb nog een tijdje een zonnebank als wekelijks rustmoment gehad, maar was op een gegeven moment toch te bang dat er én niets van mijn huid over zou blijven én ik te veel op een zekere gecremeerde kroket ging lijken. Dan maar een roze wolkje op de koontjes. Verder heb ik niets met kleding en kleed ik mezelf functioneel … en in de praktijk draag ik meestal zwart. Mooie kleur, voor zover je dat een kleur mag noemen, en lekker makkelijk in de kledingkast zoeken als er ruim 70% van je kleding deze kleur heeft. Accentkleurtje qua schoenen of sjaal en klaar is deze zestiger.
Nu valt er om mijn gedrag ongetwijfeld ook wat aan te merken, maar wat ik ook ben is plichtsgetrouw en afspraak is bij mij ook echt afspraak. Je moet van goeden huize komen om dat onder me vandaag te schoffelen. Een van die plichtsgetrouwe taken is de moestuin. De buuf weet er veel van, ik niet maar dat gaat ze me leren. Ze is ouder en slecht ter been, maar haar koppie is nog scherp. En leve de rollator en driewieler, waarmee ze het dorp nog mee rondscheurt.
In plaats van een andere buuf die eerst een kek overalletje wil scoren, trek ik mijn oude kloffie aan, vergeet mijn handschoenen en graai in de aarde om op commando van de buuf van alles in de grond te zetten. Die aarde is dan weer goed voor mij, volgens een andere buuf. Ik zit te veel in mijn hoofd … en ja, dat is ook iets om op mij aan te merken. Want ik wil alles snappen, beredeneren en blijf er met enige regelmaat op kauwen en in ronddwalen. Niet altijd goed dus en dan is je handschoenen vergeten als je de moestuin in gaat, wellicht helemaal niet verkeerd. En laten we wel wezen … ik geloof niet in toeval, dus het zal zo moeten zijn.
Dat ik mijn hele leven een verschrikkelijke hekel heb aan vieze handen en nu de wormen gewoon langs mijn vingers zie glijden is een heel nieuwe belevenis, maar daar vertel ik volgende keer wel weer over. Op naar een volle moestuin met goed eten voor meerdere monden.
Wordt vervolgd …