We're in beta!

A love story…

A love story…

De Staalfamilie resideert al vanaf 1845 in ’s-Hertogenbosch. Hoewel ik tot de jongere telgen van de familie behoor, heb ik uit de overlevering meegekregen dat mijn grootvader een welgestelde couturier in ’s-Hertogenbosch blijkt te zijn geweest. Mijn grootvader ontwerpt en maakt kleding voor de notabelen van de stad zoals burgemeester van Lanschot, die tevens een persoonlijke vriend is. Helaas is deze creatieve man op 38 jarige leeftijd gestorven, maar hij heeft wel een trotse dochter nagelaten … mijn moeder.

De familie Staal doet de naam eer aan, het zijn sociale maar geharde zakenmensen die stuk voor stuk eigen ondernemingen opgezet hebben en met de komst van Alouwisius Staal en zijn vrouw Maria Catharine Gertrudis Staal Bettonville naar ’s-Hertogenbosch, stichtte ze daar hun gezin wat negen kinderen oplevert. Een “normale” familie voor die tijd, waar er helaas ook een aantal van op jonge leeftijd zijn ontvallen. Gehard door het leven runt overgrootvader Staal een aannemersbedrijf en overgrootmoeder Staal Bettonville een café, wat voor een vrouw in die tijd opzienbarend is. Ook de kinderen blijken stuk voor stuk in de ondernemerswereld terecht te komen, variërend van zelfstandig schipper, tot een eigen kapperszaak of een couturier- en kleermakersonderneming. De familie leeft in verschillende fraaie panden aan de Brede Haven, maar tot op dat moment levert alleen de oudste dochter enkele kleinkinderen. Het lijkt er helaas niet naar uit te zien dat de familie Staal onder die naam doorleeft in ‘s-Hertogenbosch.

Mijn ietwat introverte grootvader Nard Staal, leert enig moment echter mijn extraverte grootmoeder Mien Spierings, een hoedenmodiste en arbeidersdochter uit ’s-Hertogenbosch, kennen. Allebei halverwege de twintig en binnen afzienbare tijd stapel verliefd op elkaar. Zou het dan toch… In die tijd speelt klassenverschil nog een rol en ‘not done’ dat een van de jongste zonen en oogappel Nard met arbeidersmeisje Mien thuiskomt. Zijn liefde voor dit arbeidersmeisje en haar liefde voor deze jongen uit een hogere sociale klasse, wordt dan ook danig op de proef gesteld door beide families. En eigenlijk wonder boven wonder, of misschien omdat het allebei doorzetters met een eigen wil blijken te zijn, houdt de liefde stand.

Het duurt maar liefst tien jaar voordat ze elkaar het “ja’-woord geven, want behalve de verschillen in sociale klasse heeft Mien ook de zorg voor haar zieke moeder op zich genomen en wil pas trouwen als moeder er niet meer is. Als het dan op een zonnige augustusdag in 1922 zowel is en ze elkaar het “ja”-woord geven, lijkt de love story alsnog compleet.

Grootvader Nard zingt in het Bosch Mannenkoor en Burgemeester van Lanschot blijkt sterk in wat men tegenwoordig citymarketing noemt. Het promoten van de stad ’s-Hertogenbosch pakt de man zondermeer groots aan en hij geeft het Bosch Mannenkoor van alles mee op het moment dat zij in mei 1924 naar Berlijn gaan om daar in grote zalen te op te treden. Prachtige mannenstemmen die uit die prachtige stad ‘s-Hertogenbosch komen, wat een promotie is dat! Tegenwoordig moet je voor iets dergelijke actie vele duizenden euro’s aftikken bij een reclamebureau. Deze burgemeester is echter zelf in staat te zien wat je allemaal kunt doen om een prachtige stad onder ieders aandacht te brengen.

Terug naar Nard en Mien die een zonnige toekomst tegemoet lijken te gaan. Maar schijn bedriegt, want het noodlot slaat hard toe bij dit jonge paar. Na thuiskomst uit Berlijn blijkt Nard tuberculose te hebben. Tegenwoordig is het met medicijnen te behandelen, maar een kleine eeuw geleden lag dat toch echt wat genuanceerder. Mijn grootmoeder Mien is net bevallen van dochter Annie als Nard eind juni 1923 moet toegeven dat de ziekte het van hem gaat winnen. Zijn woorden, dat hij nooit van iemand meer gehouden heeft als van zijn kleine gezinnetje, galmen nog lang na. Hoewel grootmoeder de draad snel op moet pakken, want zij moet zorgen voor haar en haar dochter, duurt het vele jaren voordat ze weer een nieuwe liefde vindt. Een ander soort liefde dan voor haar Nard, dat wel.

Mijn moeder is enig kind gebleven en met haar is deze familie Staal in ’s-Hertogenbosch uitgestorven. Broers en zussen, die ze graag had willen hebben, zijn er niet gekomen. Het leven van haar vader en moeder heeft ze wel als een love story ervaren. Háár liefde voor het leven vindt ze in Peter en inmiddels zijn mijn moeder en vader weer samen ergens waar het vast goed toeven is, maar waar het aardse Bossche leven ze niet fysiek meer aan kan raken.

Om eerlijk te zijn heeft mijn moeder niet echt veel creativiteit in de eigen genen meegekregen, maar wel doorgegeven aan haar vierde kind en enige dochter. De erfenis van mijn grootvader en grootmoeder is behalve creativiteit ook een stevige dosis eigenzinnigheid. Ik ben trots om de kleindochter van Nard en Mien te zijn en als eerbetoon werk ik dan ook graag onder de familienaam van mijn moeder…

22/11/11

Visit Us On TwitterVisit Us On Facebook